Veel gestelde vragen over duikuitrusting

Wat houdt duikuitrusting in?

Een duikuitrusting stelt je in staat om de onderwaterwereld te bezoeken door het je mogelijk te maken onder water te ademen, te zien en comfortabel te bewegen. Dankzij een duikuitrusting kun je als landrot een waterwezen worden – al is het voor slechts korte duur. Een masker maakt het mogelijk dat je goed kunt zien. Een ademautomaat en duikfles zorgen voor de nodige lucht. Dankzij vinnen kun je efficiënt zwemmen, en een natpak zorgt ervoor dat je warm blijft. Of je nu net met duiken begint of je bent al een ervaren duiker die op zoek is naar nieuwe uitrusting, in dit hoofdstuk vind je nuttige aanbevelingen en tips. Houd in gedachten dat pasvorm, comfort en geschiktheid de drie meest belangrijke overwegingen zijn als je uitrusting wilt aanschaffen. Dat betekent niet dat je geen keuze hebt in kleuren of dat het er niet uit ziet. Het PADI-duikcentrum bij jou in de buurt is een goede plek om meer informatie over en hulp te krijgen bij je keuze in duikuitrusting.

Kom meer te weten over duikuitrusting en welke het beste bij je past door naar onze pagina overUitrusting te gaan.

In wat voor omgeving ga jij je duikuitrusting gebruiken?

Je kunt nagenoeg overal duiken waar water is. Het type duikuitrusting verschilt iets per duikomgeving. Er zijn vier algemene categorieën voor duikuitrusting maar sommige uitrustingsstukken vallen in al die categorieën – een masker bijvoorbeeld is voor alle type duikomgevingen geschikt.

  • Duikuitrusting voor de tropen - In warm, helder water heb je slechts minimale warmte-isolatie nodig en je kunt toe met lichtgewicht, gestroomlijnde uitrustingsonderdelen. Maak van dit type duikuitrusting gebruik als je gaat duiken in water van 24ºC/75ºF of warmer.
  • Duikuitrusting voor de gematigde streken - Als je uitgerust bent voor de gematigde streken kun je wat meer kanten op omdat je zowel in de tropen als in wat kouder water kunt duiken. Maak van dit type duikuitrusting gebruik als je gaat duiken in water van 15-24ºC/60-75ºF.
  • Duikuitrusting voor koud water - Landen waar een koud klimaat heerst bieden vaak spectaculaire duikstekken. Als je voldoende warmte-isolatie en de juiste uitrusting hebt, kun je comfortabel in koud water duiken. Maak van dit type duikuitrusting gebruik als je gaat duiken in water dat kouder is dan 15ºC/60ºF.
Welk type uitrusting voor technisch duiken zou je moeten gebruiken?

Bij technisch (tec) duiken maak je duiken waarbij je de limieten van recreatief duiken overschrijdt. Deelname aan tec-duiken vereist extra ervaring, training en (uiteraard) uitrusting. Bij recreatief duiken gebruik je maar één duikfles, maar tec-duikers hebben doorgaans twee identieke flessen bij zich of een closed-circuit rebreather (CCR). Daarnaast hebben ze nog een of meer extra flessen bij zich, elk met een verschillend gasmengsel. Ze hebben meestal twee of meer volledig zelfstandige automaten en duikcomputers, en ook back-ups van andere uitrustingsstukken. Ga naar het PADI-duikcentrum of -resort bij jou in de buurt voor advies over tecduikuitrusting. Hier alvast de uitrustingsstukken die een tecduiker doorgaans gebruikt:

  • Primair masker en back-up-masker - Alhoewel elk duikmasker prima is, geven tec-duikers de voorkeur aan een compact masker met zo weinig mogelijk waterweerstand. Een back-up-masker wordt in een zak meegenomen voor mocht het primaire masker verloren of beschadigd raken.
  • Vinnen - Tecduikers duiken vaak met een droogpak waardoor zij grote verstelbare vinnen nodig hebben met een open hiel.
  • Trimvest van het type ‘wing’ en harnas - Een trimvest met een groot volume en een back-up-blaas tussen het harnas en de duikfles. De back-up-blaas is een vereist onderdeel omdat een tecduiker mogelijk te zwaar is om naar de oppervlakte te zwemmen als zijn hoofdtrimvest kapot gaat. Het harnas is een rugplaat waar de duikfles van de tecduiker aan bevestigd wordt. Het systeem bevat D-ringen om het aan de schouders te hangen en om aan de heup uitrustingsstukken vast te maken. Er zit ook een bandje aan die je onder het kruis doorhaalt.
  • Primaire en secundaire ademautomaat - De primaire ademautomaat heeft een slang van twee meter (zeven voet) lengte om gas in een noodsituatie met een teammaatje te delen. De tweede (secundaire) trap kan zelfstandig worden gebruikt als de primaire automaat niet meer functioneert. De tweede automaat wordt ook gebruikt om gas met een teammaatje via de eerste trap te delen.
  • Dubbele flessen, decompressie/stage-flessen - Grootvolume-flessen bevatten pp hoge druk gecomprimeerde lucht, verrijkte lucht of trimix, dit afhankelijk van de duikvereisten. Een op zichzelf staande decompressiefles met ademautomaat wordt aan een harnas aan de zij bevestigd. Extra flessen worden gebruikt om de duiktijd te verlengen en/of om de decompressie te optimaliseren. Vaak worden er twee flessen gedragen.
  • Duikcomputers voor duiken met meerdere gassen en manometers - Duikcomputers, een hoofdcomputer en een backup, houden decompressiegegevens bij en tonen de vereisten. Tec-duikers kunnen hierdoor naar verschillende luchtmengsels omschakelen om de decompressie te optimaliseren. Indien deze niet is gecombineerd met een duikcomputer, toont een manometer constant hoeveel lucht er nog in de flessen zit.
  • Droogpak - Biedt warmteisolatie zodat je langdurig het comfortabel tijdens je duik hebt.
  • Andere uitrusting - Kompas, leitje, decoboei (DSMB), noodsignaleringsmiddelen, back-up-duiktabellen, haakmes, betonschaar, veiligheidshaspel en hefballon.